Wat doet het met je als je het geluk hebt op te groeien in een van de fraaiste villa’s van Florence, omringd door de mooiste meubels en de meest bekoorlijke materialen? Ludovica en Ginevra Fagioli, de Italiaanse tweeling achter het chique modemerk Caftanii, weten het antwoord op die vraag: ‘Veel!’
Vroeger, toen de zusjes nog op de lagere school zaten, konden ze balen van hun huis. Ludovica: ‘Dan kwamen er vriendjes en vriendinnetjes spelen die riepen dat het er bij ons uitzag als een museum. Of erger: als een kerk. We zaten op een katholieke school, dus de grote Jezusbeelden werden door mijn klasgenootjes met ontzag en ook een zekere vrees bekeken. Sommigen sloegen zelfs een kruis.’ Bovendien moest er altijd worden opgelet dat er geen vlekken op de bank kwamen, of dat er niet een zeldzaam Chinees vaasje door de aanraking van een smoezelig kinderhandje aan gruzelementen viel.
‘Bij ons in huis stonden uitsluitend meubels en objecten die op veilingen of bij exclusieve antiquairs wereldwijd waren gekocht. Inderdaad vaak museumstukken. Pas als volwassenen realiseerden we ons hoe bevoorrecht we waren om in een dergelijke omgeving op te groeien. En hoe het ons, als persoon, heeft gevormd. De kwaliteit van iets, of het nu om meubels en objecten of om textielsoorten gaat, is van essentieel belang. Tussen een mooie lap linnen en linnen van inferieure kwaliteit zit een wereld van verschil. Dat hebben we echt van onze ouders meegekregen. Onze klanten laten vaak weten dat ze zich bijzonder voelen in onze creaties. Door het model, maar ook door de gebruikte stoffen die altijd, zonder uitzondering, natuurlijk zijn.’
Aan het woord is Ludovica, met twee minuten de jongste van het stel (er is ook nog een jonger broertje) en de creatieve geest achter het geraffineerde modemerk Caftanii. Haar zus Ginevra, die bedrijfskunde studeerde, houdt zich meer bezig met het zakelijke gedeelte. Maar beiden kunnen bogen op een gevoel voor esthetiek dat er met de paplepel is ingegoten.
De naam van de villa, Lo Strozzino, doet het eminente palazzo geen eer aan. Vrij vertaald betekent strozzino woekeraar, maar daar is de naam geen verwijzing naar. Strozzino is een afgeleide van Strozzi, de achternaam van een van de rijkste en machtigste bankiersfamilies in Florence. De villa, gebouwd in de zeventiende eeuw, ligt op een heuvel in het Bellosguardo-district in het zuidoosten van de stad. Deze buurt wordt door zijn groene uiterlijk ook wel La Campagna in Città genoemd, het platteland in de stad, en is van oudsher geliefd bij de adellijken en gefortuneerden. Niet voor niets bevinden zich op deze heuvel ook veel andere beroemde landhuizen, zoals Villa di Bellosguardo, Villa Pagani en de schitterende Villa dell’Ombrellino. Villa dello Strozzino ligt in het Parco del Boschetto, een openbaar park van drie hectare, en heeft een prachtige renaissancetuin van ruim duizend vierkante meter. Vanaf hier kijk je uit op de rivier de Arno en het centrum van Florence aan de andere kant van de oever. ‘Je bent in een kwartier bij de Duomo’, aldus Ludovica.
Doordat het sprookjesachtige gebouw onder monumentenzorg valt, konden de ouders van Ludovica en Ginevra niets aan de bestaande constructie veranderen. ‘Dat is nooit een echt probleem geweest. De originele cotto vloeren zijn ietwat bewerkelijk en moeten met was behandeld worden, maar doordat er in de meeste kamers Perzische tapijten liggen, is dat wel te overzien.’ De keuken echter heeft een vloer van wit marmer en was bij aankoop van de villa al niet meer in originele staat, dus daar waren haar ouders vrij om te doen wat ze wilden.
‘Mijn moeder houdt van strakke, lichte keukens zonder opsmuk en heeft de bewerkte kastdeurtjes laten vervangen door gladde exemplaren. Mijn vader ontwierp de minimalistische ronde tafel van marmer waar we – als we onder elkaar zijn – altijd aan eten.’ Als er gasten zijn, wordt de antieke tafel in de salon met uitzicht op de tuin voorzien van bijzondere tafellakens, zilveren bestek, kristal en delicaat porselein. ‘We zijn geen grote familie, maar we hebben een hechte vriendengroep waar we alle verjaardagen en kerst samen mee vieren. Dan steken we het haardvuur aan en zitten we na het eten nog urenlang te kletsen.’
Het enige minpuntje van de villa is dat er ‘maar’ vijf slaapkamers zijn. Ludovica: ‘Dit soort huizen heeft van oudsher oneindig veel salons en relatief weinig slaapvertrekken. In ons geval zijn er slechts vijf slaapkamers, dus helaas kan niet iedereen blijven overnachten.’
Hoe onwaarschijnlijk mooi het huis verder ook is, Ludovica’s fijnste herinneringen aan Lo Strozzino bewaart ze aan de tuin, en dan met name aan een belendend stuk bos waar zij en haar zus via een gat in het hek naartoe kropen. ‘Verscholen tussen de bomen lag daar een verlaten zwembad, helemaal overwoekerd met mos, planten en takken. We konden uren spelen in die Geheime Tuin, tot we onze moeder hoorden roepen en we snel weer door het gat terugkropen.’ Lachend: ‘Ze wilde niet dat we daar speelden, maar dat maakte die plek voor ons meisjes natuurlijk alleen maar mysterieuzer.’
Gepubliceerd in Residence No. 10, 2020 verkrijgbaar online. Fotografie: Monica Spezia / Living Inside / Tekst: Paola van Dam | caftanii.it
Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief.