Binnenkijken bij een woning waar met oude materialen iets nieuws gemaakt is.
De voorliefde voor hergebruik en upcycling is niet verwonderlijk als je weet dat Joris eigenaar is van een bedrijf in oude bouwmaterialen, compleet met eigen ontwerpstudio, timmerfabriek en steenhouwerij. Als industrieel ontwerper is hij voortdurend op zoek naar nieuwe ideeën en schuwt hij experimenten niet. Het huis zelf is nog maar twintig jaar oud, maar alles wat erin staat, van de scharnieren tot de meubelen en de monumentale trap, is door hem zelf ontworpen. Joris: ‘Gelukkig kan ik daarbij terugvallen op een team van vakmensen. Al staan zij soms ook te kijken van mijn wilde ideeën.’
Het huis in Duffel heeft een oppervlakte van ruim vijfhonderd vierkante meter en is voorzien van een carport, zwembad, poolhouse en sauna. Joris ontwierp het huis zelf in 2000. ‘Ik was destijds enorm gecharmeerd van het werk van Frank Lloyd Wright, maar achteraf bleek dat aan de binnenkant toch erg koud, met name in het gebruik van de glanzende materialen zoals roestvrij staal.’ Nu is alleen aan de buitenkant de country style van de Amerikaanse architect nog te herkennen. In de afgelopen jaren werd de villa regelmatig verbouwd en aangepast.
Toen Joris in 2008 het bedrijf in oude bouwmaterialen van zijn ouders overnam en ook zijn vrouw Caroline De Wolf, die tot dan arts was, in het bedrijf ging werken, was het hek van de dam. ‘Als we ergens iets tegenkomen wat ons intrigeert, bijvoorbeeld tijdens reizen of in contacten met klanten, dan proberen we dat eerst uit in ons eigen huis’, aldus Caroline. ‘Ons huis is als het ware een laboratorium geworden, een proeftuin voor nieuwe ideeën.’
Dat resulteert in een huis van twintig jaar oud met een interieur dat bijna volledig is gemaakt van hergebruikte materialen. Niets wordt weggegooid, alles krijgt een tweede leven. Joris en Caroline ontwerpen alles zelf en zijn niet bang om te experimenteren met nieuwe toepassingen en technieken. Elke ruimte is een nieuwe verrassing in het gebruik van kleuren en materialen. Dat begint al in de hal, waar met hout beklede muren zorgen voor een intieme sfeer, terwijl de woonkamer veel kleurrijker is, zeker in vergelijking met de meer neutrale, rustgevende tinten in de slaapkamers. Elke kamer heeft een eigen wow-effect. De meubelen komen uit het eigen atelier of zijn gevonden op markten of veilingen, zoals de salontafel van Ado Chale en de petrol banken uit de jaren dertig, ontworpen door de Tsjechische ontwerper Jindrich Halabala. Ze werden opnieuw bekleed met stof van Raf Simons voor Kvadrat.
Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief.
Kunst speelt ook een belangrijke rol in het leven van Joris en Caroline. Michel Mouffe, Sam Dillemans, Dirk Braeckman, Ado Chale, Eric Astoul en Lucien Petit zijn enkele namen van de favoriete kunstenaars van wie het stel originelen aan de muur heeft hangen. Zo lijkt het kleurgebruik van de werken van Michel Mouffe, een kunstenaar uit de stal van Axel Vervoordt, die boven de open haard hangen, terug te komen in de kasten in de woonkamer. ‘Maar dat is toeval’, zegt Joris. ‘De kleuren waren er eerst. Ze zijn gekozen uit de schilderijen Redgreen and Violet-Yellow Rhythms en A Young Lady’s Adventure van Paul Klee. Oorspronkelijk was het de bedoeling om die werken op de hele wand te schilderen, maar dat was een beetje te veel van het goede.’
Absolute blikvanger in het huis is de monumentale trap, die in de plaats is gekomen van de oorspronkelijke roestvrijstalen wenteltrap. De buitenkant is gemaakt van pleisterwerk, de treden van hergebruikt massief naaldhout. Hij staat als een sculptuur in de woonkamer, maar heeft vooral een verbindende functie.
‘Alle etages volgen het ritme van de trap’, aldus Joris. ‘Het is als het ware een boom met takken die naar de tussenverdieping, de etage met onze slaapkamer en de gang met de kamers van onze dochters leiden.’ Inspiratie haalde Joris uit het Guggenheim Museum in New York, toch ook weer een ontwerp van Frank Lloyd Wright.
Gepubliceerd in Residence No. 1/2, 2021 verkrijgbaar online. Fotografie: Jan Verlinde | Tekst: Marzia Nicolini | Tekstbewerking: Sylvia Emonts